Alice in Verbazië

Nicolaas Matsier vertaalde het misschien wel beroemdste kinderboek ter wereld, Alice in Wonderland van Lewis Carroll. Plus het vervolg van die avonturen, Achter de Spiegel. Ook vertaalde hij het door Carroll bijgehouden Journaal van een reis naar Rusland. Daarnaast maakte hij een ruime selectie van Carrolls talrijke brieven aan kinderen onder de titel Met 4 ¾ kus.

Zodoende raakte hij aardig vertrouwd met het werk van Carroll. Hij schreef er op gezette tijden essays over. Die werden twee keer gebundeld onder de titel Alice in Verbazië. In het titelessay stelt Matsier dat het element ‘wonder’ in Wonderland weinig of niets te maken heeft met wonderen in de zin van mirakels, daarentegen alles met verwondering en verbazing. Alice is een meisje dat zich van alles afvraagt en dat doet zij eigenlijk constant. Zij is misschien wel het meest denkende kind van de wereldliteratuur.

Een paar essays zijn biografisch van aard, zoals ‘Een kleine Carrolliade’ – een pelgrimage langs de voor Carroll en zijn lezers belangrijkste plekken. In een speculatief maar speels essay vraagt Matsier zich af in hoeverre Charles Lutwidge Dodgson (Lewis Carroll) aan anorexie avant la lettre geleden zou kunnen hebben. Er is een essay over nonsens en kinderliteratuur. Er is er één over enkele illustratoren van Alice. In ‘Alice in Nederland’ gaat de schrijver na hoe het Alice in Nederlandse vertalingen vergaan is. Dat gebeurt aan de hand – vooral – van hoe het moet (of kan) met de puns (de woordspelingen) en de vele te vertalen gedichten.

Alice in Verbazië, De Bezige Bij, 1996

Alice in Verbazië, tweede, uitgebreide, herziene druk, De Bezige Bij, 2009

Geselecteerde reacties

T. van Deel, Trouw, 1996

Vertalers doen er, als ze een boek vertaald hebben, dikwijls het zwijgen toe, terwijl ze toch, vertrouwd als ze zijn met alle hoeken en gaten van de tekst, bij uitstek goede lezers mogen heten, naar wier inzichten en oordelen over de tekst men nieuwsgierig is. Nicolaas Matsier, die De avonturen van Alice in Wonderland en Achter de Spiegel vertaalde en daar veel lof mee oogstte, heeft gelukkig zijn behoefte om over de auteur, de boeken en de vertaling te schrijven niet bedwongen. Dat heeft een voortreffelijke verzameling essays opgeleverd van biografische aard (zo speculeert Matsier over een mogelijke anorexia in Carrolls geval), van tekstinterpretatieve aard (is Alice wel een kinderboek, welke rol speelt de nonsens?), waarbij hij een opmerkelijke en diepgravende parallel met Kafka noteert. In het gedeelte dat over de vertalingen handelt, geeft Matsier een beoordelende bespreking van alle hem bekende vertalingen in het Nederlands. 

Joke Linders, Algemeen Dagblad, 1996

De zes essays, in de loop van acht jaar geschreven, zijn geordend in drie afdelingen: over de schrijver, over het werk en over het vertalen. Zelden heb ik zulke aardige betoogjes gelezen. De bewijslast voor wat Matsier ‘flinterdunne speculaties’ noemt, mag dan niet groot zijn, de betogen zijn wel heel persoonlijk en authentiek. Ze hebben de zo on-Hollandse ironie die je alleen bij Engelse auteurs verwacht en ze trekken zich niets aan van welke grenzen tussen kinder- en mensenliteratuur dan ook. Door de bundeling in een zeer verzorgde uitgave kregen ze een duidelijke meerwaarde.