De avonturen van Alice in Wonderland & Achter de Spiegel

De beide avonturen van Alice waren al één keer eerder – gezamenlijk – vertaald, door Reedijk en Kossmann. Hun (goede) vertaling, uit 1947 en sindsdien onafgebroken in druk, kreeg in 1994 concurrentie te verduren. Nicolaas Matsier stelde in een voorwoordje dat zijn vertaling de eerste complete Nederlandse vertaling was.

Hij wees erop dat Reedijk en Kossmann het opdrachtgedicht van zeven strofen waarmee De avonturen van Alice in Wonderland begint ontbrak; net zoals de twee laatste bladzijden van Achter de Spiegel, het opdrachtgedicht dat voorafgaat aan Achter de Spiegel, en het acrostichon van zeven strofen waarmee het vervolgdeel eindigt.

Sindsdien heeft de vertaling van Matsier zelf weer concurrentie gekregen van een nieuwere vertaling, door Sofia Engelsman – ook een goeie, geïllustreerd door Floor Rieder. In feite is dit (pas) de derde keer dat de beide avonturen van Alice in het Nederlands vertaald zijn.

Het is het voorrecht van alle niet-Engelstalige landen dat zij de taal van een boek – die in de oorspronkelijke versie steeds meer craquelé en patina krijgt – om de zoveel tijd kunnen opfrissen en hernieuwen. De vertaling van Matsier kreeg alle denkbare lof, werd genomineerd voor de Europese Aristeionprijs, meerdere keren herdrukt, en is verschenen in diverse edities. In de laatste maanden van het coronajaar 2020 droegen acteurs van ITA (Internationaal Theater Amsterdam) Matsiers vertaling van De avonturen in een podcast van 54 afleveringen voor.

Lewis Carroll, De avonturen van Alice in Wonderland & Achter de Spiegel, illustraties John Tenniel, vertaling Nicolaas Matsier, Van Goor, 1994; Idem, als 7 CD-luisterboek, voorgelezen door Nicolaas Matsier, Van Goor, 2007; Idem [in cassette met apart uitgegeven Aantekeningen bij Alice van Martin Gardner], Athenaeum–Polak & Van Gennep, 2009; Idem, Athenaeum–Polak & Van Gennep, 2012; Idem, Rainbow, 2015; Idem, illustraties Mervyn Peake, Meulenhoff Boekerij, 2016

Geselecteerde reacties

Hugo Brandt Corstius, NRC Handelsblad, 1994

Elke beschaafde taal verdient het om elke halve eeuw een nieuwe Alice-vertaling te krijgen. Alleen de Engelse lezers moeten dit genoegen missen. De vertaling van Nicolaas Matsier zal het zeker tot 2044 uithouden en ik vind het jammer dat ik de nog weergalozer vertaling van dat jaar niet zal kunnen lezen.

Aukje Holtrop, Vrij Nederland, 1989

Het mooiste is natuurlijk als je nergens het gevoel krijgt dat het uit een andere taal komt, dat de zinnen volkomen natuurlijk en gewoon verlopen en je elk grapje en elke woordspeling kunt begrijpen zonder dat je voortdurend denkt: wat zou dat nou in het Engels geweest zijn? Bij de Alice van Nicolaas Matsier is dat zo: hoe onbegrijpelijk vreemd alles ook is wat Alice meemaakt, het wordt allemaal op de meest natuurlijke, de helderste manier verteld. Dat klinkt misschien nogal logisch voor een boek, maar dat is het niet als je je realiseert hoeveel dubbele en driedubbele bodems er in die taal vol taalspelletjes zitten. Dat Alice dan ook ook in vertaling een meisje van vlees en bloed is gebleven, is een wonder.

Bregje Boonstra, NRC Handelsblad, 1989

Wat eigenlijk van alle bladzijden afspat: Matsiers eigen genoegen in en liefde voor de omgang met de taal. Hij heeft zich niet alleen bekommerd om zorgvuldigheid, vondsten en woordgrapjes, maar ook om de juiste toon, het zinsritme, de poëzie, de sfeer en de achtergronden van het oorspronkelijke boek. Daardoor ontstaat een verhaal in zulk prachtig, vloeiend Nederlands dat ik geen moment op de gedachte ben gekomen die mij regelmatig bekruipt bij het lezen van een vertaling: waren alle Nederlandse kinderen maar Engels.

Catherine van Houts, Het Parool, 1989

Wat Matsier vooral aantoont met deze fonkelende en subtiele vertaling is dat Carrolls meesterwerk een nauwelijks geëvenaarde rijkdom aan verbeelding bevat. Al Carroll’s subtiliteiten vertalen, moet een heidens karwei zijn. De verzen die het Witte Konijn voorleest, blijven mysterieus, maar zijn nu door Matsier in klare taal omgezet. Een fenomenaal boek, dat met deze recente versie een meer dan waardige behandeling heeft gekregen. Alleszins een reden om een ieder aan te sporen tot een – hernieuwde – kennismaking met deze betoverende klassieker.

Joost Zwagerman, de Volkskrant, 1989

Nicolaas Matsier heeft met deze Alice-vertaling belangrijk werk verricht; in zijn versie is Alice precies zoals ze, in vergelijking met Carrolls origineel, moet zijn: als herboren.

Yves van Kempen, De Groene, 1994

Carroll is een taalvirtuoos en zijn nieuwe vertaler is dat niet minder. Wellicht de grootste kracht van het boek schuilt in zijn veeltaligheid, daarom zou je de taal minstens evenzeer hoofdpersoon kunnen noemen als Alice zelf. Wat Nicolaas Matsier allemaal heeft weten te maken van het woordspel, de parodieën en kolderdichten waarmee Carrolls meesterwerk is doorspekt, is een feest voor oog en oor. Dat duidt op grote verwantschap naar letter en geest.